Een ietwat klef broodje, een beetje ijsbergsla, een plakje komkommer, maar vooral: een flinke berg vlees en een klodder knoflooksaus… Dat was lange tijd het broodje shoarma. Inmiddels is daar flinke verandering in gekomen. We letten meer op groente, maken het vaker thuis, gebruiken ander brood. En, OMG, we gebruiken zelfs plantaardige shoarma. We vroegen ons af: what’s next?

‘Aan het begin van het vleesvervanger tijdperk was de smaak en de hoeveelheid keuze niet om over naar huis te schrijven. Maar na 30 jaar proberen, is het nu een markt om rekening mee te houden. Ons uitgangspunt was om de populairste categorieën vlees na te bootsen en op de markt te brengen. En daar wilden we pas aan beginnen toen de smaak écht goed was’, vertelt Maarten Vriesendorp, CMO van Vivera. Nu kunnen we wel stellen dat dat met veganistische shoarma aardig is gelukt. Dat is momenteel het best verkopende product van bedrijf.

• 

• 

• 

Voordat we verder vooruit kijken, zetten we de geschiedenis van het broodje shoarma nog even kort voor je op een rij:

• 

• 

What’s next?

Hoe nu verder, vroegen we ons af. Want vegan shoarma is qua smaak al geweldig en veel verkocht wordt het ook. Dus wat heeft de toekomst van het broodje nog in petto? Volgens Vriesendorp zijn de volgende 3 trends onontkoombaar.

1. Betere info

Waar en hoe de informatie over producten wordt verstrekt, gaat veranderen zegt Vriesendorp. ‘We worden ons steeds bewuster van goed eten en de schadelijke effecten van ongezond eten. Maar momenteel is er toch maar een klein groepje van de consumenten die naar de achterkant van de etiketten kijkt.’

‘Nieuwe logo’s en bijvoorbeeld de Nutri-score die je op sommige plekken al ziet, gaan daar denk ik verandering in brengen, en dat zie je nu al gedeeltelijk. Het gaat steeds meer naar de voorkant.’ Hij denkt dat dat ook consequenties gaat hebben voor keuzes in het shoarmaschap. ‘Kijk je naar shoarma, dan zie je dat plantaardige shoarma een stuk minder vet bevat. Ik denk dat dat in de toekomst wel meer gaat opvallen.’

2. Alles digital

‘We zien nu al dat online steeds populairder wordt, en dat gaat denk ik doorzetten. Alleen degenen die het echt leuk vinden, gaan nog naar de fysieke winkel.’ Vriesendorp denkt dat daarom de informatieverstrekking nog een ander effect heeft: er wordt op voorhand al gesorteerd op bijvoorbeeld logo’s, voedingswaarde en duurzaamheid. ‘Ik verwacht dat je in een online omgeving al aan kunt geven aan welke eisen je voedsel moet voldoen. Bijvoorbeeld wat je maximale footprint mag zijn, of welk duurzaamheidslabel jouw producten moeten hebben.’

In een virtuele omgeving kiezen wat de maximale footprint mag zijn van je broodje shoarma, is misschien helemaal niet zo ver weg meer.

Maar er kan nog veel meer bij komen kijken. Zo stelt Vriesendorp zich voor dat we over een paar decennia vaker in een virtuele omgeving keuzes maken, misschien wel in VR of AR. ‘In 2050 zou je best eens met een VR-bril door een kookboek bladeren, of door een restaurant lopen, waar je je lekkere gerechten uitkiest. En dat broodje shoarma gaat dan zeker terugkomen, want dat is een succesrecept. Zeker als je je guilty pleasure gezonder kan doen.’

3. Lokaal is normaal

‘Ik denk dat de proteïnebronnen steeds lokaler worden. Net als dat je steeds meer en specifieker kan kiezen bij de supermarkt, denk ik dat je dus ook kunt kiezen voor producten van dichtbij. En dat heeft ook consequenties voor de ingrediënten die je gebruikt. Dan is het belangrijk dat de granen van je broodje uit Europa komen en niet uit China, bijvoorbeeld.’

‘Het zou zelfs zo lokaal kunnen dat je in de toekomst een kit hebt om zelf kruiden te groeien voor je shoarma. Misschien huur je wel een vierkante meter tuin, om zelf de basisingrediënten te kweken. Elke maand of twee maanden kun je dan van een broodje shoarma genieten!’

• 

•