Een scheutje room maakt veel gerechten een stuk lekkerder. De zachte structuur en romige smaak van vet is dan ook nauwelijks weg te denken in het eten van veel fijnproevers. Maar welke room moet je eigenlijk kiezen? In het supermarktschap kom je een ruim assortiment tegen: van zure room en crème fraîche tot slagroom. Wat is nou eigenlijk het verschil tussen zure room en crème fraîche? En welke room is gezonder om te gebruiken?
Room is een zuivelproduct en bestaat uit melkvet en kleine hoeveelheden van andere koemelkbestanddelen. In het Warenwetbesluit Zuivel staat vastgelegd:
De aanduiding ‘room’ mag uitsluitend gebruikt worden als het afkomstig is van koemelk en tenminste een vetgehalte heeft van 10 procent.
Verschillen in vetpercentages
Aan de hand van het vetpercentage zijn de verschillende roomproducten van elkaar te onderscheiden.
Zure room heeft een vetpercentage van 10 tot 20 procent;
Crème fraîche heeft een vetpercentage van 15 tot 35 procent;
Slagroom heeft een vetpercentage van boven de 30 procent
Hoe vetter hoe beter?
Voor koken met room is een handige vuistregel: hoe vetter het is, hoe voller de smaak en hoe stabieler de room
Voor warme gerechten kun je het beste crème fraîche of zelfs slagroom gebruiken, omdat het hoge vetgehalte de kans op schifting kleiner maakt: de vetdeeltjes in de room zijn dan genoeg in aantal om zich aan elkaar te binden in de rest van de vloeistof, bij een klein aantal breken ze los van elkaar en drijven ze naar het oppervlak.
Voor koude gerechten kun je prima gebruik maken van bijvoorbeeld zure room met een lager vetpercentage.
Niet in de Schijf van Vijf
Zowel zure room als crème fraîche staan niet in de Schijf van Vijf omdat ze veel verzadigd vet bevatten. Het is dus het beste ze allebei niet te veel te gebruiken.
Leland Sontotirto werkt sinds 2017 bij Nederland Voedselland. Met een lichte obsessie voor metrics houdt hij zich achter de schermen bezig met het uitbouwen van de verhalen.