Regelgeving staat circulair gebruik van koffiereststromen in de weg

Gesponsord

“Met ons project gaan we niet de wereld redden, maar hiermee tonen we wel aan wat de mogelijkheden zijn om een stap in de goede richting te zetten.” Hiermee bedoelt Ignas Janssens van koffiebranderij Pelican Rouge het idee van Mellany Klompe van Klompe Landbouw om koffie-afval te gebruiken op haar akkerlanden. Het draagt bij aan de circulaire economie, én zou de bodem van haar land drastisch verbeteren. Regelgeving is alleen nog niet zo ver dat dit ook in de praktijk mogelijk is. “Actie is nu nodig, door iemand die met de vuist op tafel slaat en zegt: ‘Zo gaan we het doen’.”

Klompe Landbouw is gevestigd in de Hoeksche Waard. De bodem verarmt daar door het jarenlang telen van groenten en aardappels. “De bemesting die we op het land aan kunnen brengen, zorgt alleen voor de groei van nieuwe gewassen. Die worden aan het eind van de zomer weer geoogst en daarmee worden ook de voedingstoffen uit de bodem weggehaald”, legt Mellany uit tijdens een bezoek aan haar bedrijf. Bovendien is er door jarenlange bewerking met steeds zwaardere en grotere machines in de bodem een verdichte laag op ongeveer 40 centimeter onder het oppervlak ontstaan, deze laag wordt een ploegzool genoemd. De ploegzool vormt een barrière die de bovenlaag scheidt van de aarde eronder, waardoor voedingsstoffen, bodemorganismen, maar ook water er niet doorheen kunnen. De bodem moet worden verbeterd, de biodiversiteit omhoog, zodat deze ploegzool oplost. Mellany wil een vitale grond voor haar aardappelen en daarvoor is bemesting met hoge gehalten aan organische stof cruciaal.

Bekijk de video waarin Ignas en Mellany hun verhaal doen.

Inspiratie uit Blauwe economie

Het boek Blauwe economie van Gunter Pauli zorgde bij haar voor de eerste inspiratie. Koffie wordt daarin als belangrijke grondstof genoemd voor allerlei dingen. Zo ook voor het verbeteren van grond. Mellany startte in 2015 een zoektocht naar een geschikte leverancier van koffiereststromen en dat bracht haar bij koffiebranderij Pelican Rouge in Dordrecht, niet ver van de boerderij vandaan. “In de Hoeksche Waard zijn geen veehouderijbedrijven, organische meststoffen moeten daardoor van ver buiten de regio komen. Liever gebruiken we organische meststoffen en bodemverbeteraars uit de nabije omgeving, zodat we de keten kort houden”, verduidelijk Mellany.

Het is de bedoeling dat het de bodemvitaliteit herstelt

Samen met compost en mest herstelt koffie de bodem

Het is een technisch verhaal, in mest en compost zit in verhouding tot stikstof relatief een hoog gehalte aan fosfaat. In koffie is dat precies andersom. Zo kunnen ze elkaar goed aanvullen. Mellany wil een mengsel van mest, compost en koffie aanbrengen op het land. “Het is de bedoeling dat het de bodemvitaliteit herstelt.” Het gebruik van organische stof op het land is daar slechts een onderdeel van. “Als je met veel zorg het gehalte van de organische stof van je bodems verhoogd, maar verder niets doet aan het verlagen van de bodemdruk door de het gebruik van landbouwmachines, de toepassing van gewasbescherming of diep blijft ploegen, dan heeft het geen zin. Het gaat dus om het hele verhaal: de transitie binnen landbouw noemen wij dat.” Koffie-afval heeft, in combinatie met organische mest en compost, de voedende eigenschappen die Mellany nodig heeft met haar land die transitie in gang te kunnen zetten.

We gaan dat alleen maar kunnen realiseren als de overheid zich niet als handhaver van de huidige wet- en regelgeving opstelt, maar als partner in samenwerking

Afval is een duurzame grondstof

Sustainability officer bij de koffiebranderij Ignas Janssens zag de potentie die het initiatief heeft toen Mellany bij hem aanklopte. “Afval bestaat niet. Afvalstromen en restromen zijn duurzame grondstoffen.” De koffiebranderij heeft de reststromen waar Mellany naar op zoek is. Bij het brandingsproces van koffiebonen komen vliesjes vrij. Die zijn heel volumineus en daarom perst Pelican Rouge er kleine pellets van. Ook is er afval in de vorm van gebroken en stukjes koffieboon, immers tegenwoordig willen consumenten graag hele bonen, in plaats van gemalen koffie. Deze reststromen gaan nu nog naar een biovergister in Moerdijk. Janssens: “Daar wordt het omgezet in biogas, op zich een verdedigbare werkwijze, maar als bodemverbeteraar zou het vele malen duurzamer én circulair zijn.”

Samen benaderden ze verschillende betrokkenen en overheidspartijen, eerst bij de gemeente en later ook bij de Rijksoverheid. Waar eerst veel enthousiasme klonk voor het project, stuitte de twee uiteindelijk op achterlopende wet- en regelgeving. Het probleem is dat de reststroom van Pelican Rouge wordt gezien als afval. Ze kregen geen ontheffing om dit afval te gebruiken voor landbouwgrond, het RIVM verbood Mellany de reeds ingezamelde koffie te gebruiken. 120 ton werd afgevoerd naar de biovergister. 

Op z’n minst een onderzoek

Het liefste zouden Mellany en Ignas een veldtest organiseren. Op het akkerbouwbedrijf worden dan enkele hectares als proefgrond ingezet. “Dan kunnen de milieueffecten worden gemeten en in kaart worden gebracht wat het doet met de bodemkwaliteit en het grondwater. Daarbij is het bijvoorbeeld belangrijk om de cafeïnegehaltes in de gaten te houden.” “Op het moment zouden we graag een samenwerking zien tussen overheid en bedrijfsleven om samen tot een veldtest te komen”, geeft Ignas aan. “Op basis van dat onderzoek kan dan de conclusie worden getrokken of dit een heilzame weg is. Laten we op zijn minst een test draaien.”

Er is veel landbouwgrond in Nederland, en dus veel potentie op de weg naar een circulaire economie

Koffie is niet de enige

Niet alleen reststromen uit een koffiebranderij zijn te gebruiken op het land, ook bijvoorbeeld producenten van friet of chips hebben reststromen die gebruikt kunnen worden in de landbouw. “Er is veel landbouwgrond in Nederland, en dus veel potentie op de weg naar een circulaire economie”, benadrukt Mellany.

Ochtendgloren boven het akkerland

Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid heeft kort geleden contact opgenomen om het initiatief als pilotproject te draaien. Er is namelijk sprake van landelijke problematiek op dit vlak en dus ziet de Omgevingsdienst ook de nationale potentie. De dienst maakt nu een nieuw plan op basis van de ervaring van Mellany en Ignas. Volgend seizoen zou de koffie als proef over het land kunnen gaan. Ook zij hebben dan eerst een ontheffing nodig van de Rijksoverheid.

De overheid is aan zet

Mellany en Ignas werken graag mee, maar zien de leidende rol op het moment weggelegd voor de overheid. “We hebben hier zo hard aan gewerkt, en al zo veel geroepen. We zien graag wat de overheid gaat doen om de ambities waar te maken”, verduidelijkt Mellany. Ignas vult haar aan: “We gaan dat alleen maar kunnen realiseren als de overheid zich niet als handhaver van de huidige wet- en regelgeving opstelt, maar als partner in samenwerking, om door middel van ruimte binnen en tussen de regels dingen voor elkaar te krijgen.” De twee zien de toekomst positief in. “We zijn het er met z’n allen over eens dat we richting een circulair systeem moeten, we zullen even door deze periode heen moeten, maar dit is wel een pad dat we gaan bewandelen. Actie is nu nodig, door iemand die met de vuist op tafel slaat en zegt: ‘Zo gaan we het doen’. Grondstoffen en levensmiddelen weggooien is gewoon not done.”

Hoe een klein land groot kan zijn

Voedselproductie, dat is waar ons kleine land groot in is. Toch zullen we nog veel grootser moeten denken voor een duurzame toekomst. 

Wij vertellen over de zoektocht van de sector. Eerlijke verhalen over kleine en grote stappen, en over misstappen. We kijken buiten de grens, in ons land, en bij ons thuis.

Nieuwsbrief
Nieuwsgierig naar een duurzame voedseltoekomst?