Consumenten informeren over de veiligheid van E-nummers, of de E-nummers vervangen omdat de consument daarom vraagt? Het is de lastige situatie waar de levensmiddelenindustrie zich op dit moment in bevindt. Ilse Straver, Research & Development Manager bij Zonnatura, geeft haar visie op het gebruik van E-nummers.
Wie is het publiek van Zonnatura?
“Het publiek van Zonnatura wordt steeds groter. Ik zal niet zeggen heel Nederland, maar wel iedereen in Nederland die bewust bezig is met voeding mogen we onder onze doelgroep scharen. Vroeger, in de jaren zestig was dat wel anders. We waren vooral populair onder de ‘donkergroene’ consument. De rest van Nederland zag het merk als ‘dat schap voor zieke mensen’. We zijn hard op weg om het geitenwollensokkenimago van ons af te schudden en een breder publiek te bereiken. De afgelopen vier jaar is ons assortiment dan ook flink uitgebreid. Er is een grotere groep consumenten bezig met bewuste voeding, dat juichen wij toe en we hopen dat zij steeds vaker onze producten gaan vinden.”
Kun je wat meer vertellen over de producten in jullie uitgebreide assortiment?
“Er zijn een aantal producten die we al heel lang hebben zoals de verschillende soorten muesli waar we mee begonnen zijn, maar ook een groot deel van onze theeën ligt al heel lang in het schap. Tegenwoordig hebben we een breder assortiment van producten die niet bestaan uit één ingrediënt zoals thee dat is. We hebben een breder assortiment tussendoortjes, crunchies, verschillende pappen, groentespreads en sinds kort ook plantaardige rijst- en amandeldrinks. Bij al deze producten zijn we kritisch op het aantal toevoegingen en blijven we zo dicht mogelijk bij de natuur. Maar, zonder toevoegingen, zonder E-nummers, zijn sommige producten helaas niet lang houdbaar.”
Sinds de invoering van E-nummers is er flink wat fout gegaan in de communicatie tussen industrie en consument
Die E-nummers, hoe gebruiken jullie ze en wat is de reactie van de consument?
“Door verschillende berichten in de media staat de consument wantrouwend tegenover het gebruik van E-nummers. De berichten hebben geen wetenschappelijke onderbouwing, maar zorgen wel voor het gevoel dat E-nummers eng zijn. Er zit een negatief sentiment rondom E-nummers. Sinds de invoering van E-nummers is er flink wat fout gegaan in de communicatie tussen industrie en consument, en wordt er geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende soorten E-nummers. Er zijn namelijk ook veel natuurlijke nummers zoals vitamine C (E300). Wij gebruiken ze in onze producten om ze langer houdbaar te maken, maar zullen nooit een toevoeging gebruiken die bijvoorbeeld de kleur aanpast en het product mooier maakt dan het van nature is.
De discussie gaat niet meer over feiten, dat is heel jammer. Er zijn ook veel bedrijven die de E-nummers uit de producten halen, om in te spelen op de wens van de consument.”
Geeft de industrie dan eigenlijk niet toe dat E-nummers slecht zijn als ze ze eruit halen?
“Ik denk dat de industrie vooral inspeelt op de wens van de consument. En ergens is dat ook wel terecht, je hebt de natuurlijke producten die een E-nummer hebben, maar er zijn ook E-nummers die kunstmatig zijn en waar we niet heel veel over weten.”
Ik wil wel geloven dat een product – zeker bij Zonnatura – met minder toevoegingen moet kunnen
“Op zich hebben wij als Zonnatura best een streepje voor. Er komt een punt waarop wij niets meer in ons assortiment hebben wat niet biologisch is. We kiezen bewust voor biologisch en bij biologische producten kun je vanwege wetgeving sowieso geen kunstmatige toevoegingen gebruiken. We kiezen er ook voor om de de toevoegingen die we wel gebruiken op het etiket uit te schrijven. Ik wil wel geloven dat een product – zeker bij Zonnatura – met minder toevoegingen moet kunnen. En dat een dieet met veel E-nummers, misschien niet het gezondste dieet is. Ik vind dat we als industrie best kritisch mogen zijn over wat we in onze producten stoppen. E-nummers, maar ook suiker en zout zijn daar een mooi voorbeeld van. We moeten ons blijven afvragen of wat we toevoegen aan onze producten wel echt nodig is.”
Onlangs was Zonnatura nog in het nieuws, toch?
“Dat klopt, onlangs nog waren we in het nieuws met onze oplosthee, omdat daar vrij veel suiker inzit. Ondanks dat de hoeveelheid suiker op de verpakking staat, voelden sommige consumenten zich na de berichten van Radar belazerd. Intern onderzoek wees uit dat de thee gekocht wordt door een heel trouwe gebruikersgroep, die het product als ‘verwenproduct’ ziet en bewust is van het feit dat er suiker in zit. Of we het product gaan aanpassen? We kijken wel naar de mogelijkheden, maar het op een natuurlijke wijze vervangen van de suiker die als drager voor het kruidenextract dient, is geen eenvoudige opgave.”
Heeft Zonnatura in het verleden ingrediënten uit haar producten gehaald?
“Jaren geleden kregen wij veel negatieve reacties over mononatriumglutamaat, oftewel het gistextract in onze bouillonblokjes. In eerste instantie hebben wij de consumenten die ernaar vroegen geprobeerd uit te leggen dat gistextract een veilig ingrediënt is. We merkten alleen dat de negatieve perceptie sterker was dan de wetenschappelijke feiten. Toen hebben wij nieuwe bouillonblokjes zonder gistextract op de markt gebracht. Dit product doet het goed, maar is wel iets zouter. Dat is de concessie die we dan moeten doen om een goede smaak te behouden.
Het is best een lastige situatie, aan de ene kant moet de industrie meer informatie geven over de gebruikte toevoegingen, aan de andere kant wil je als fabrikant ook een product leveren waar de consument om vraagt.”
Nederland Voedselland publiceert verhalen over transities binnen het Nederlandse voedselsysteem. Eerlijke verhalen over kleine en grote stappen, en over misstappen. We kijken buiten de grens, in ons land, en bij ons thuis.
